Goed gereedschap en (eigen)wijs.

De vorige blog sloten we af op dag 18 en inmiddels is het dag 32 en zitten we al een tijdje in Namibië. Wat een land: zo ruig, desolaat, verzengend warm en kleurrijk qua landschap. Er wat een slechte wegen…..maar bovenal wat een fantastische belevenis om daar te kunnen rondtoeren. We zitten regelmatig boven de 40 graden Celsius.

Vele zaken krijgen voor ons een nieuwe betekenis. Zo passeren we de ene na de andere grote rivier. De mensen hier zijn blij als daar twee maal per jaar water in staat. Een rivier herkennen we meestal aan de lage ligging en de kleine maar wel uitbundige groenstrook aan beide kanten. Het leven van mens, dier en vegetatie staat hier allemaal in het teken van één ding namelijk water.

Dat maakt het spotten van wild ook tot een uitdagende taak, maar daarom niet minder opwindend. Aangezien we nu 4 weken op weg zijn hebben we al erg veel gezien en in Namibië is daar het nodige bijgekomen. In onze zoektocht erna en het proberen vast te leggen ervan leren we steeds meer. Onze belangrijkste conclusie is dat het wordt beloont als je investeert in goed gereedschap. Dan hebben we het vooral over het hebben van ieder een goede verrekijker, een foto camera (bij voorkeur een spiegelreflex) en een auto met een goede 4 bij 4 aandrijving (kijk op het internet hoe je de diverse standen moet gebruiken en inschakelen). Onze auto was aanvankelijk prima, maar er bleken banden onder te liggen die vooral geschikt zijn voor asfalt. Na 5 lekke banden en diverse checks heeft AV Tours & Safaris  er voor kunnen zorgen dat we nieuwe banden hebben gekregen en een tweede reserve band. Voeg daarbij ook nog dat onze luchtvaartmaatschappij er inmiddels mee is gestopt en dat het AV team probleemloos ervoor heeft gezorgd dat ze een andere vlucht hebben geboekt en dan merk je dat ze meedenken en handelen bij problemen en uitdagingen.

We hebben de afgelopen dagen vele mooie dingen gezien zoals de wilde paarden in de woestijn bij Aus en Zebra’s en Oryxen in het Elegant Desert Camp. Dat laatste was sowieso een prachtige ervaring. Wij zagen er namelijk tegenop om in Safari tenten een aantal keer te moeten verblijven, maar het werd ons toch aangeraden en daarom voor ons geboekt. Eenmaal aangekomen zagen wij de wereld van deze luxe tenten die eigenlijk geen tenten zijn. Wel het canvas van een tent, maar ook een glazen schuifpui. We zaten 7 km in de woestijn met 10 van deze tenten die op verhogingen stonden met een prachtige veranda met 2 ligkussens en regisseur stoelen. En dan als het donker is alle lichten uit en naar de Melkweg en sterrenstelsels kijken. Slapen met alle ramen en deuren open en een water hole voor de deur waar de Zebra’s gedurende de nacht romances beleven en onderlinge ruzies tussen hen worden beslecht. Dat en vele andere natuurlijke geluiden hoor je gedurende de nacht, alsof het zich op het randje van je bed afspeelt. In de avond kregen we het diner in een boma met braai geserveerd. Wat een belevenis om dat 3 dagen mee te mogen maken.

Ook hebben we tijdens een van onze verplaatsingen bij Cape Cross een van de grootste zeehonden kolonies ter wereld bezocht. Op diverse blogs lazen we dat dat geen echte aanrader was in verband met de ondraaglijke lucht van ammoniak (helaas geen aparte urinoirs voor die beesten). Nou ze ruiken wel, maar we hebben daar ruim een uur van zogende moeders en baby’s, vechtende mannetjes voor het recht van voortplanting, zwemlessen en haasje over (je slapende soortgenoten) intens staan te genieten. Kortom: dat mag je niet missen.

Inmiddels zitten we na een nieuw hoogtepunt in de Sossusvlei, met de dode bomen vallei in Twijffelfontein. Daar was de eerste kans om de vrij zeldzame woestijn olifant te spotten. Deze dieren wijken behoorlijk af van hun savanne soortgenoten. Ze leven in kleinere groepen tot ongeveer 6 dieren en naast de leidende moeder (de matriarch) is ook een mannetje meestal aanwezig in de groep. Gemiddeld wegen ze ook een 1500 kg minder zwaar. Het blijven indrukwekkende dieren.

Onze lodge biedt safari’s aan voor ongeveer € 40 per persoon voor een tocht van 3 uur. Wij vinden dat, voor hier, vrij prijzig en vroegen ons af of we dat ook zelf konden. Zowel bij de lodge als daarbuiten werd ons dat ten sterkste afgeraden. Je komt gegarandeerd vast te zitten in het zand, de weg er naartoe is nauwelijks vindbaar en als je er al geraakt ontbreekt het je aan de kennis om ze op te sporen (waar de lokale gidsen in continue contact met elkaar staan en vertellen waar de zich verplaatsende dieren zijn).

Aangezien we deze dieren wellicht nog elders kunnen zien besluiten we om niet deel te nemen aan deze safari. Wel vinden we de omgeving een avontuur waard en vragen bij het benzine station bij de air strip welke kant op de olifanten zijn. De pompbediende wijst naar het pad naast het start- en landingsveld en zegt: neem dat en ga rechtdoor, maar het is niet te bereiken. Wij spreken met elkaar af om te rijden door de woestijn, voor zover we al banden sporen van safari jeeps kunnen volgen, totdat één van ons aan de haalbaarheid gaat twijfelen. Dat avontuur vinden wij (eigen)wijs en spannend.

Aanvankelijk kunnen we niet de juiste paden vinden, maar na wat probeersels van verschillende banden sporen lukt het toch. Na een tiental kilometers spotten we een zadel jakhals. Mooie foto’s gemaakt en een tijdje stil gestaan en met de verrekijker geobserveerd. Het dier deed dat ook met ons, maar zonder verrekijker hoor. Prachtig. Na in totaal een uurtje rijden (20 km) kwamen we uit tussen een hoop hutjes en raakten we de weg krijt. Dan maar via de rivier bedding in met 4 bij 4 drive laag. Vlak voor ons zagen we dat 2 auto’s samen doen. Het ging wel, maar was toch wel erg gewaagd vonden we. Dan hou je het gas erop totdat je een stukje vindt dat hard genoeg lijkt om terug te draaien. Aan de andere kant van het dorpje winden we een avontuurlijk stenen pad dat ons weer verder rechtdoor brengt. We komen niet boven de 15 km per uur en niemand tegen, maar elke 100 meter zijn betoverend en avontuurlijk. Na totaal 2 uur rijden vinden we het welletjes geweest en besluiten dat we naar een andere toeristische attractie op onze planning gaan (het versteende bos). We moeten nog zowat 4 km door rijden volgens zowel Google maps en Maps.me en dan zowat terug steken naar waar we vandaan kwamen. Na die 4 km komen we aan in het gehucht De Riet en willen terug draaiden. De lokale bevolking zegt dat we het register moeten tekenen en betalen. Wij zeggen dat we terug draaiden en vragen waarvoor we dan zouden moeten betalen? Om de olifanten te zien (waarvan wij veronderstellen dat dat nog 40 km verderop is). Waar zijn die dan: op een paar honderd meter hier vandaan is het verrassende antwoord. We huren (zonder af te dingen) voor € 15,00, David een lokale gids in en rijden vervolgens met zijn aanwijzingen en toelichtingen 2,5 uur rond door de rivier bedding en naar een afgelegen fontein in de woestijn. We zien 5 groepen olifanten waarbij we op 20 meter afstand kunnen stil staan. De jeep safari wagens van de lodges passeren ons het en der. Daarnaast zien we volop spring bokken, bavianen en struisvogels. Na afloop kijken we elkaar (eigen)wijs en zeer tevreden aan. Dat avontuur is weer in the pocket. Wie weet wat er nog allemaal gaat volgen? Tot snel.